FOTOGRAFIETIPS
Aankooptips voor een lens
Bij het aanschaffen van een lens of objectief is het vaak lastig om alle types en opties met elkaar te vergelijken, zeker als je niet precies weet wat alle aanduidingen precies betekenen of welke specificaties wel of niet handig voor je zijn.
In dit artikel geven we uitleg over de meest voorkomende specificaties van de objectieven. Deze staan vaak met letteraanduidingen in de lenstypes aangegeven. Ook geven we een aantal tips over de zaken die niet op de lenzen staan, maar die wel een rol kunnen spelen bij de keuze voor een bepaalde lens.
Letters op de lenzen
Op de objectieven staan vaak hele zinnen aan letters en specificaties aangegeven. Wat betekenen deze letters nou precies? Om dat te begrijpen behandelen we eerst de meest voorkomende opties die op de lenzen zitten en geven we vervolgens aan hoe deze op de verschillende merken aangegeven worden.
Fullframe of cropfactor
De termen fullframe en cropfactor hebben te maken met de grootte van de sensor in een digitale camera. Een fullframe camera heeft een sensor die precies even groot is als een ouderwets negatief. Dit is 36 x 24 millimeter, ook wel kleinbeeld of 35 mm genoemd. Omdat een sensor een duur onderdeel van een camera is, hebben de meeste camera’s een sensor die kleiner is dan dit ouderwetse negatiefformaat. We noemen dit sensoren met een cropfactor. De cropfactor geeft aan hoeveel kleiner de sensor is ten opzichte van een fullframe camera. Deze cropfactor gebruiken we om uit te rekenen welke beeldhoek een objectief weergeeft als hij op de camera met de cropfactor zit.
Een fullframe lens past op beide type camera’s, een cropfactor lens past alleen op een cropfactorcamera. Je ziet dat hij anders een deel van de fullframesensor niet belicht. Op de lenzen staat aangegeven of het een fullframe lens of een cropfactor lens is.
Beeldcirkel van een full frame lens
Beeldcirkel van een cropfactor lens
- Nikon geeft fullframe aan met de letters FX (deze type aanduiding staat niet op de FX lenzen vermeld) en crop met de letters DX
- Andere merken gebruiken de term Fullframe en geven de crop vaak aan met de letters APS-C of DC
Als je meer wilt lezen over de verschillen tussen fullframe- en cropfactorcamera’s, kijk dan eens naar dit artikel.
Brandpuntsafstand
De brandpuntafstand van een objectief wordt altijd weergegeven in millimeters. Hoe lager de millimeters, hoe breder de hoek die we zien op de foto. Hoe hoger de millimeters, hoe meer we in gaan zoomen. De hoek die we dan zien wordt steeds kleiner. Objectieven met lage millimeters (bijvoorbeeld 18 mm) noemen we groothoeklenzen, objectieven met hoge millimeters (bijvoorbeeld 200 mm) noemen we telelenzen. Onderstaand een voorbeeld van een foto gemaakt met een groothoeklens en een telelens.
Groothoeklens Canada
Telelens geitjes
Groothoeklenzen zijn handig als je veel wilt laten zien, bijvoorbeeld bij landschapsfotografie, architectuur of interieurs. Telelenzen kun je gebruiken bij onderwerpen waar je niet dichtbij kunt komen, zoals vogels, (wilde) dieren of details die ver weg staan. Ook bij sportfotografie kan een telelens handig zijn. Als de millimeters van een lens rond de 50mm staan, spreken we van een standaard lens. De lens laat ongeveer de hoek zien die wij met ons menselijk oog ook scherp kunnen overzien. Deze lenzen zijn bijvoorbeeld geschikt voor portretfotografie. De meeste lenzen die tegenwoordig te koop zijn kunnen in- en uitzoomen. Ze hebben dus meerdere brandpuntsafstanden die ingesteld kunnen worden. De hoogste en laagste waarde staan aangegeven op de lens. Bijvoorbeeld een 18-135. Deze lens heeft als groothoek 18 mm en kan maximaal inzoomen tot 135mm.
Lichtsterkte en diafragmalamellen
De lichtsterkte van een lens wordt altijd aangegeven in de typeaanduiding. Dit geeft aan wat het laagste diafragmagetal is dat de lens kan bereiken. Er staat dan bijvoorbeeld 18-55/3.5-5.6. Dat betekent dat de lens op 18 mm maximaal open kan tot diafragma 3.5. Ben je ingezoomd op 55 mm, dan kan het diafragma maximaal een opening van 5.6 bereiken. Hoe lager dit diafragma, hoe lichtsterker de lens.
Bij lenzen met een vast brandpuntsafstand kan het diafragma vaak nog een paar stappen verder open, bijvoorbeeld de Canon EF 50mm F/1.8 II. Omdat er door die vaste beeldhoek weinig andere elementen in de lenskoker gezet hoeven te worden, kan de lens veel licht doorlaten. Bij deze lens is het laagste diafragma 1.8 en dat is heel lichtsterk. Je kunt zo dus in slechte lichtomstandigheden nog prima fotograferen.Ook zorgt zo’n lage diafragmawaarde ervoor dat je met enorm weinig scherptediepte kunt fotograferen, dus veel onscherpte kunt creëren. Nadeel hierbij is dat je wel extra goed op moet letten met scherpstellen. Want als je er net naast zit, dan is je onderwerp op diafragma 1.8 ook gelijk onscherp.
Omdat de notatie van de diafragma’s een universele afspraak is, wordt deze dus bij alle fabrikanten op dezelfde wijze weergegeven met het millimeterbereik en de maximale diafragmaopeningen behorend bij deze millimeters.
Het aantal diafragmalamellen wordt ook vaak aangegeven bij een lens. Bijvoorbeeld 5 of 9. Hoe meer lamellen een diafragma heeft, hoe ronder de vorm, hoe mooier de onscherpte in een foto wordt. Dit noem je bokeh. Je ziet dit bijvoorbeeld in het onderstaande voorbeeld, de onscherpte heeft een mooie ronde vorm omdat het diafragma van deze lens 8 lamellen heeft.
Bokeh voorbeeld
Stabilisator
Een stabilisator elimineert de trilling van je hand bij het maken van een foto. Dit is vooral van belang als je met een (net te) lange sluitertijd fotografeert om uit de hand je camera stil te houden. Hoe verder je inzoomt, hoe belangrijker die stabilisatie wordt. Bij een telelens ontstaat bij kortere tijden al trillingsonscherpte in je foto’s en is een stabilisator dus een handig hulpmiddel om dit te voorkomen.
- Nikon geeft dit aan met de letters VR (Vibration Reduction)
- Tamron geeft dit aan met de letters VC (Vibration Compensation)
Bij nieuwe of verbeterde versies van een stabilisator wordt vaak achter deze letters het romeinse cijfer II gezet.
Bij andere merken (Sony, Pentax, Olympus) zitten er geen stabilisatoren in de lenzen, omdat deze op de camerabody aanwezig zijn. Op de body heet het dan bijvoorbeeld SteadyShot, Shake Reduction (SR), In Body Image Stabilisation (IBIS) of MegaOIS.
Stabilisator aan- uit knop
Scherpstelling en minimale scherpstelafstand
Op de lenzen staat vaak ook aangegeven welk scherpstelsysteem ze hebben. AF is de algemene term voor Auto Focus en geeft aan dat de lens automatische scherpstelling heeft. Als de letters IF op de lens staan, betekent dat dat een lens de focusmotor aan de binnenkant heeft zitten (IF staat voor Internal Focus). De buitenkant van de lens draait dan dus niet mee bij het scherpstellen. Dit is een stuk sneller en makkelijk als je bijvoorbeeld met een polarisatiefilter aan het werk bent. Je lens draait immers niet mee. Ook is dit systeem een stuk stiller.
Ultra snelle autofocus motoren worden vaak met extra letters vermeld op de lens. Uiteraard is er weer een mooi letterparadijs, aangezien alle merken hier weer hun eigen aanduiding voor hebben.
- Nikon: SWM (Silent Wave Motor)
- Tamron: USD (Ultrasonic Silent Drive)
Iedere lens heeft een minimale scherpstelafstand. Dat betekent dat hij pas scherp kan stellen vanaf deze afstand. Dichterbij op een onderwerp scherpstellen kan dus niet. Deze afstand kan verschillen per lens. Zeker bij telelenzen kan het voorkomen dat deze afstand verder dan een meter is. Je kunt dan dus niet scherpstellen op onderwerpen die dichterbij staan. Lenzen die een hele kleine minimale scherpstelafstand hebben worden aangeduid met de term macro.
Scherpstelmotor Nikon
Nikon heeft daarnaast nog een extra aanduiding voor de scherpstelling. Sommige lenzen hebben namelijk geen scherpstelmotor ingebouwd, maar gebruiken de motor die ingebouwd is in de camerabody. Deze motor zit echter niet in alle camerabody’s. De lenzen die een eigen scherpstelmotor ingebouwd hebben, hebben de letter S achter de typeaanduiding AF staan. Deze S lenzen stellen dus scherp op alle Nikon camera’s, voor lenzen zonder S heb je een Nikon body met ingebouwde scherpstelmotor nodig. De voorganger van de S is de I, deze heeft dus ook een scherpstelmotor in de lens. De nieuwe variant met aanduiding P, heeft ook een ingebouwde scherpstelmotor. Deze heeft een extra stille stappenmotor wat vooral bij video opnames handig is aangezien je dan minder last hebt van het geluid van de scherpstelling. Via deze link kun je een handig overzicht vinden van alle aanduidingen op Nikon lenzen. Nikon heeft ook een handig overzicht gemaakt waarmee je kunt controleren of een bepaald type lens op een type Nikon camera past.
Lenskwaliteit
Een objectief wordt gemaakt van verschillende glazen lenzen. De kwaliteit van het glas bepaald hoe goed de lens is. Hoe beter de kwaliteit van het glas, hoe minder je last hebt van kleurafwijkingen en flair door reflecties. Een effect dat bij gewone lenzen ontstaat is chromatische aberratie. Dit veroorzaakt soms een gekleurd randje om je onderwerpen. Er zijn lenzen die zo geconstrueerd zijn dat ze deze chromatische aberratie verminderen. Dit zie je alleen als je achteraf op de computer in gaat zoomen op je bestand. Dit effect wordt verminderd door Low dispersion glas in de objectieven te gebruiken. De meeste merken geven dit aan met ED (Extra-low Dispersion) en Super ED. Canon vermeld op hun lenzen de letter L, die staat voor Luxury. Deze lenzen hebben naast het Low dispersion glas nog andere standaard kwaliteitskenmerken qua stevigheid en snelheid van de interne autofocus.
Conclusie
Zoals je ziet zijn er vele verschillende soorten objectieven met diverse specificaties mogelijk. Afhankelijk van wat je zelf wilt gaan fotograferen kun je zo bewuster een keuze maken voor een bepaald soort objectief. Mis je nog een letter of specificatie die niet in dit artikel staat, laat het ons weten, dan kunnen we ons advies aanvullen hiermee.
Wil je meer leren over lenzen?
Kijk dan eens naar onze workshops voor bedrijven en groepen
Vraag hieronder vrijblijvend een offerte aan
Je kunt ons ook bellen: 0165 820 215